In het Engels maakt men veel fouten bij het gebruik van its en it’s. Deze woorden lijken op elkaar en worden op dezelfde manier uitgesproken, maar hebben een andere betekenis.
Hier vind je een oefening over het verschil tussen its en it’s.
Hieronder vind je de oefening:
Its of It's Oefening 2
Vervolledig onderstaande zinnen met de juiste vorm: its of it's.
1.
Harry's birthday today.2.
Can you turn the chair on side?3.
That shop celebrated fifth anniversary.4.
difficult to concentrate here.5.
color is green.6.
That book is made from high-quality paper and cover is made from leather.7.
time to leave. Let's go!8.
Our dog is playing with bone.9.
I can't tell you why frustrating.10.
too busy right now.