Adjectieven en bijwoorden (of adverbs) in het Engels worden vaak gebruikt, maar soms is het verschil niet altijd duidelijk. Het verschil heeft te maken met het woord waarover het adjectief of bijwoord meer informatie geeft.
Je gebruikt een adjectief om meer informatie te geven over een zelfstandig naamwoord. Een bijwoord (of adverb) geeft meer informatie over een werkwoord, een adjectief, of een ander bijwoord.
Dit is een oefening waarbij je de juiste vorm van het woord moet invullen.
Hieronder vind je de oefening:
Adjectief of Adverb Oefening 2
Kies tussen adjectief en adverb en vul de juiste vorm in in onderstaande zinnen.
1.
The concert was (amazing) with the performers putting on a (true) unforgettable show.2.
She types (fast) on her computer, thanks to her years of experience as a secretary.3.
She dances (graceful) and is a trained ballerina.4.
That is a really (aromatic) soup! What ingredients did you use?5.
He's an (adventurous) person as he likes climbing mountains.6.
The painting is (colourful) and captures the beauty of nature.7.
She writes (eloquent) and is a talented author.8.
He speaks (confident) and is a skilled public speaker.9.
The presentation was (informative) and provided valuable insights into the topic.10.
I'm drinking (real) hot coffee.Meer oefeningen
- Adjectief of Adverb Oefening 1
- Adjectief of Adverb Oefening 3
- Adjectief of Adverb Oefening 4
- Adjectief of Adverb Oefening 5