De second conditional is een if-zin in het Engels die je gebruikt om meer informatie te geven over onmogelijke en onrealistische situaties in het heden en de toekomst. Het werkwoord in de if-zin zet je in de past simple en voor het werkwoord in de hoofdzin gebruik je would + infinitief.
Dit is een oefening waarin je de juiste vorm van het werkwoord moet invullen.
Hieronder vind je de oefening:
Second Conditional Oefening 3
Vervolledig onderstaande zinnen met de juiste vorm van het werkwoord in de second conditional.
1.
I (to eat) if I (to be) hungry.2.
He (to tell) us what's wrong if he (to know) it himself.3.
If it (to be) hot today, I (to wear) shorts.4.
They (to get) a present if it (to be) their birthday.5.
I (to say) hello if I (to meat) Leonardo Dicaprio.6.
My sister (to get) hurt if she (to fall) down the stairs.7.
If I (to have) money, I (to go) to China.8.
My dog (to get) wet if he (to run) in the rain.9.
If my brother (to be) taller, he (to need) a bigger jacket.10.
You (not, to cheat) if you (to have) the chance.