Third Conditional Oefening 2

De third conditional is een soort if-zin in het Engels die je gebruikt om te fantaseren over dingen die niet gebeurd zijn in het verleden. Het werkwoord in de if-zin zet je in de past perfect (simple) en voor het werkwoord in de hoofdzin gebruik je would + have + voltooid deelwoord.

Dit is een oefening waarin je de juiste vorm van het werkwoord moet invullen.

Hieronder vind je de oefening:

Third Conditional Oefening 2

Vervolledig onderstaande zinnen met de juiste vorm van het werkwoord in the third conditional.
1.
If he (to focus) a bit more, he (to win) the race.
2.
My mom (to bake) a pie if she (to buy) the ingredients.
3.
They (to follow) the leader if they (not, to lose) him.
4.
If she (to read) the newspaper this morning, she (to know) what was going on.
5.
I (to watch) Sherlock if it (to be) on Netflix.
6.
If I (to see) you at the party, I (to tell) you how I felt.
7.
We (to eat) a slice of pie if you (to bring) some with you.
8.
My best friend (to trust) his new girlfriend if she (not, to cheat) in her previous relationship.
9.
If Harry (to practise) more, he (to perform) in front of the whole class.
10.
I (to feel) sad if I (not, to study) to become a teacher.

Meer oefeningen over de third conditional

Gerelateerde artikels